Deze volksweerspreuk namen de kleuters van de 2de kleuterklas van juffrouw Evy heel letterlijk toen ze vorige woensdag zaaiden en plantten dat het een lievelust was in de schooltuin. Boontjes, wortelen, rode bietjes, pompoenen, courgettes, dahlia’s en gladiolen, … alles werd met de kleine kinderhandjes keurig op zijn plaats gezaaid of geplant. En de nacht erop … was er regen dus voor alle plantjes een zegen.
- Scheert de zwaluw over water en wegen, dan komt of blijft er wind en regen.
- De zonne in de meie, zet oude lieden aan het vrijen.
- IJsheilige hebben koude koppen.
- Als de eikels in mei gaan bloeien, zal alles volop gaan groeien.
- Wie nu zijn koren zaait, voelt zich later niet bekaaid.
- Het weer wat koel en ‘n buitje erbij, dat maakt in de mei de landman blij.
- Een koude mei, een gouden mei.
- Voor nachtvorst ben je niet beschermd, vóór Servatius zich over je ontfermt.
- Is mei nat, een droge juni volgt zijn pad.
- In mei een warme regen, betekent vruchtenzegen
- Onweer in mei, maakt de boeren blij.Meikeverjaar goed jaar.
- Als het onweert in mei, valt er vaak hagel bij.
- Is mei nat, een droge juni volgt zijn pad.
- Als het dondert in mei, valt er dikwijls regen bij.
- Mei koel en te nat, brengt koren in het vat.
- Pancras, Servaas en Bonifaas, ze geven vorst en ijs helaas
- Nachtvorst in mei, houdt jonge groen niet schadevrij.
- Regen en wind in het midden van mei, maakt de boeren vast niet blij.
- Als de Bij naar huis toe vlucht, zit er regen in de lucht.
- Meiregen op het zaad, is goud op de plaat.
- Hoe meer onweer in mei, zoveel minder in de herfst.
- Kamillegeur in mei, brengt de zomer dichterbij.
- In mei staat het vast, zijn vaak de en de hoed tot last.
- Weest op uw hoede, en wacht nu wel, mei baart dikwijls kattenspel.
- In mei nat, een droge juni volgt haar pad.
- Mei nat, spek in het vat.
- Onweer in mei, gras in de wei.
- Avonddauw en zon in mei, is hooi met karren op de wei.
- Is het weer in Mei te mooi, dan krijgt de schuur maar weinig hooi.
- Een natte mei geeft boter in de wei.
- Mei niet te koud en niet te nat, vult de schuur en ook het vat.
- Kan vriezen in mei tot de ijsheilige voorbij zijn.
- Een bijenzwerm in mei, is een goed teken voor de wei.
- Mei tot jubelmaand verkoren, heeft toch rijm achter de oren.
- Het onweer in de schone mei, doet het koren bloeien op de hei.
- Heden schupjes, morgen drupjes.
- Als is Marmertus oud en grijs, houdt hij van vriezen en van ijs.
- Roept de houtduif keer op keer, dan komt er vast en zeker mooi weer.