Vandaag, bij zeer zonnig weer ging de vinkenzetting van K.M.
De Blanckaertvink door in de
Zuidbroekstraat te Woumen
85
jaar K.M. De Blanckaertvink
K.M. De Blanckaertvink werd geboren in 1935 in het lokaal ‘ De
Toekomst’ bij Odiel Vanpoucke. Het eerste bestuur bestond uit: Leon Deboeuf als
voorzitter en Julien Devos als secretaris en bestuursleden waren: M. Debruyne,
Ernest Arickx, Cyriel Wybou, M. Vanstechelman, G. Maeckelberghe en A.
Decaestecker. Na een onderbreking tijdens de oorlog vestigden ze zich in de
café ’t Nieuw Woumen’, bij Leopold Treve tot in 1961, aangezien hij dan zijn
zaak stopzette.
Het nieuw lokaal werd café ‘Den Engel’ bij Cyriel
Hoorelbeke. Op 22 mei 1966 nam voorzitter Leon Deboeuf afscheid en werd
opgevolgd door Camiel Senesael. Hij verongelukte echter na een kerkdienst bij
het oversteken van de straat en werd op 25 november 1971 begraven. Toen nam
Willy Geldof zijn taak over. In 1986 sloot de café ‘Den Engel’ zijn deuren. Ze
hadden nu de keuze tussen 3 kandidaten: ‘ ‘t Rooneplezier’, ‘ ’t Schuurtje’ en
‘De Gouden Appel’, het werd deze laatste die als nieuw lokaal gekozen werd. In
1990 werd Gabriël Vandenberghe voorzitter, die in 1992 opgevolgd werd door de
huidige voorzitter Ronny Wulfaert. De secretarissen op een rijtje: Julien Devos
(1935-197), Eric Vandamme (1974-1983), Roland Ghesquiere (1984-1985) en Hilaire
Syoen (vanaf 1986).
Het huidig bestuur bestaat uit de Voorzitter : Ronny
Wulfaert, ondervoorzitter : Eddy Rollé, secretaris : ( † ) Hilaire Syoen, schatbewaardster : Odette Soenen,
zangkeurder: Willy Bourgois en bestuurslid : André Roelens.
Op 11 juni 24 werd een aanvraag gedaan aan het Kabinet
van de koning om voor de maatschappij de titel van ‘Koninklijk’ te verkrijgen.
Op 7 februari 2005 ontvingen ze het officiëel bericht dat de aanvraag werd
bekrachtigd en voortaan dragen ze de titel van ‘Koninklijke Maatschappij de
Blankaartvink’. Deze titel mochten ze in ontvangst nemen op het Provinciaal Hof
te Brugge op woensdag 6 juli 2005 uit handen van de Gouverneur Paul Breyne. De club
telt ongeveer 80 leden en inrichten een 20-tal vinkenzangwedstrijden in per
jaar.
De vinkenzetting behoort tot het Vlaams ‘cultureel’ erfgoed
De vinkenzetting behoort tot het Vlaams ‘cultureel’ erfgoed en
dateert uit de Middeleeuwen. De vinken werden in afzonderlijke kooien gezet,
geblindeerd door melkglas, zodat ze niet door de buitenwereld konden worden
afgeleid. Zo was de vink in staat om zoveel mogelijk deuntjes te ‘schuifelen’…
Het ging zelfs zo ver dat de vinken echt blind werden gemaakt zodat ze zeker
niet de invloed van buitenaf zouden ondervinden… De winnende vinkenier was hij
die zoveel mogelijk liedjes had geturfd…
Vandaag duikt de vinkenzetting terug op in het management, in
elk geval bij publieke organisaties. De afvinkcultuur is wijd en zijd
verspreid… Zo moet de overheidsmanager verschillende aparte kooitjes opvolgen,
elk met een eigen deuntje. En hij wordt pas een goede manager bevonden indien
alle deuntjes zijn aangevinkt en opgeteld: risicobeheer, klachtenmanagement,
kwaliteitsbeleid, bedrijfscontinuïteit, diversiteit , welzijnsbeleid,
veiligheidsbeleid, horizontaal integratiebeleid, gelijke kansen, integriteit,
privacy, prestatiebegroting, activity based management, business proces
management, energie-performantie, duurzame ontwikkeling,
personeelskostenbeheer, preventie inzake radicalisering, personeelsbevragingen,
monitoring tabellen, communicatiebeleid, beleidsplan, personeelsplan, jaarlijks
ondernemingsplan, meerjarenbegrotingsprognose, scorecard, functionerings- en
evaluatiegesprekken, auditplanning, …
Al deze kooitjes hebben hun eigen legitimiteit maar worden naast
mekaar geplaatst en op de schouders van de overheidsmanager afgewenteld… Het
gevolg is dat deze inderdaad het risico loopt om zelf een blinde vink te worden
want in al die kooitjes is er geen plaats voor de eindklant. Alles wordt immers
hoofdzakelijk bekeken vanuit de invalshoek van de eigen organisatie, volledig
“inside-in”… Goed bedoeld maar hierin schuilt het grote gevaar. De buitenwereld
komt niet direct aan bod en nochtans liggen daar de uitdagingen voor
organisaties in een VUCA-wereld.
Elke leidinggevende moet daarom luisteren en blijven luisteren
als een vink naar de verwachtingen en bekommernissen van zijn klanten. Daarom
benadruk ik dat de kernelementen van de rol van de CEO van vandaag te maken
hebben met “Co-creation”, “Empowerment” en “Outside-in”. Die kernbegrippen
krijgen pas inhoud door zelf ruimte te creëren voor rechtstreekse contacten met
klanten. Alleen zo kan je hun polsslag voelen en je organisatie sturen in
functie van hun verwachtingen. Managers die constant bezig zijn met processen,
procedures, verplichtingen, … af te vinken, worden zelf in een kooitje geduwd,
met een eentonig deuntje en door anderen, maar niet hun klanten, afgevinkt! Ze
vormen bovendien een rem voor hun medewerkers om te ondernemen, te innoveren,
zich wendbaar op te stellen, tijd vrij te maken voor klanten… Zo fnuiken ze hun
medewerkers in plaats van hen de vleugels te geven om uit hun kooitjes te vliegen.
.Redactie en foto’s: Bertrand Vande Ginste – www.woumen.eu