Een primeur… Deze week vonden conservator Guido Vandenbroucke en medewerkers van Natuurpunt een nieuwe plant. Voor het eerst werd de Rosse vossenstaart gevonden in de Ijzervallei. Met dank aan Indra Jacobs van het INBO. De Rosse vossenstaart is verwant met de Grote vossenstaart en de Geknikte vossenstaart, grassoorten die zo typisch zijn voor de hooilanden in de IJzervallei. De Rosse vossenstaart groeit op open, natte, stikstofrijke bodems langs plassen en rivieren in veengebieden.
Meer
bijzonderheden:
Rosse vossenstaart (Alopecurus
aequalis, synoniem: Alopecurus fulvus) is een vaste
plant uit de grassenfamilie (Poaceae). Vaak is de plant
echter maar tweejarig. De plant komt van nature voor in Eurazië. De
rosse vossenstaart lijkt veel op de geknikte vossenstaart (Alopecurus
geniculatus), maar bij deze laatste zijn de aartjes groter,
beginnen de kafnaaldjes aan de basis van het kroonkafje en
steken ruim buiten de kelkkafjes uit en hebben de bladeren meestal
geen waslaagje.
De plant wordt 15–45 cm hoog en de stengels zijn
sterk geknikt of liggend aan de basis, waardoor ze makkelijk bewortelen. Op de bladeren en
stengels zit meestal een wit- of lichtgrijsachtig waslaagje.
De knopen van de stengel zijn geelgroen en de bovenste bladscheden
zwak opgeblazen. Het spitse tongetje (ligula)
is 3–4 mm lang.
Rosse vossenstaart bloeit van mei tot de herfst met een
3–8 cm lange aarpluim. De helmhokjes hebben
een helderoranje of goudgele kleur. De aartjes zijn 2-2,5 mm lang en de tere, gehaakte kafnaald van het onderste kafje, dat halverwege het kafje
begint, steekt niet of nauwelijks buiten de kelkkafjes. De groene kelkkafjes
zijn wit behaard. De vrucht is een graanvrucht.
Info: www.debron.be
Redactie: Bertrand Vande
Ginste - www.woumen.eu
Geen opmerkingen:
Een reactie posten